donderdag 26 september 2013

Moppen tappen met Ton Kas














De kunst van een goeie bak vertellen

door Dieter van den Bergh

Moppen tappen blijft een klassieke en ultieme manier om mensen aan het lachen te krijgen. Zo bewijst Ton Kas met zijn hilarische moppenshow Eerste Klootviool. Het is zijn eerste solo-voorstelling en een onverwacht succes. „Ik heb eindelijk iets gemaakt dat voor een hele grote groep mensen behapbaar is.” 

Komt een man met een schaap onder z’n arm thuis. Hij loopt linea recta naar de slaapkamer waar z’n vrouw in bed ligt. Hij zegt: ‘Kijk, dit is nou dat varken waar ik seks mee heb als jij weer ‘s hoofdpijn hebt’. ‘Dat is helemaal geen varken’, zegt z’n vrouw. Zegt de man: ‘Ik heb het niet tegen jou.’
Het is een van de dijenkletsers uit de show Eerste Klootviool van Ton Kas (1959). Gelauwerd toneel-, tv- en filmacteur, bekend van onder meer Hertenkamp, Vox Populi, Alles is Liefde en ‘t Schaep (Arie Balk). Is nu dus moppentapper. Eerste Klootviool is namelijk een aaneenrijging van moppen, op kenmerkende kurkdroge manier en in onvervalst Amsterdams gebracht. Biertje in de hand, peuk in de mondhoek. De eeuwige zwartkijker, maar wel eentje die de lach aan zijn kont heeft hangen.

Mogen we het cabaret noemen?
"Noem het zoals je wil, maar ik heb niet veel met cabaret. Of het moeten topperformers zijn als Theo Maassen, Hans Teeuwen en Toon Hermans.”

Maar je hebt dus wel iets met moppen?
"Nee, ik vind moppen eigenlijk een ramp. Iemand als Max Tailleur, uit mijn jeugd. Ver-schrik-kelijk. Daar kon ik niets eens een glimlach voor opbrengen. Wat ik zelf doe is anders. Ik heb uit het enorme wereldrepertoire een groot aantal moppen verzameld, maar geef daar mijn eigen draai aan. Zodanig dat het zogenaamd mijn eigen biografie is geworden. Hierdoor ontstaat een extra laag.”

Beter goed gejat, dan slecht bedacht. 
"Het is puur jatwerk, ja. Maar moppen zijn openbaar kunstbezit. Soms zijn die van mij ook al bekend. ‘Ik kende hem al’, zeggen ze dan, ‘maar je had me toch te pakken’."

Je bent nu ‘die moppentapper’. 
"Ja, ik daag mensen blijkbaar ook uit. Kom ik wildvreemden tegen, beginnen ze een mop te vertellen. Mmm, denk ik dan meestal, kan ik beter. Andersom willen ze ook vaak dat ik een mop vertel.”

Vertel ‘s een goeie bak.
"Dat gaat dus niet. Als ik je nu een mop vertel, is die bij voorbaat niet grappig. Het gaat om de kadrering, de performance. Als je een grap van Tommy Cooper op papier leest, is er ook niks aan. Je moet het zien.”

Wat is het geheim van een goeie mop?
"Liefst iets met leedvermaak. Net als slapstick een eindeloze aaneenschakeling van uitglijden over bananenschillen is. Lekker lachen om anderen. Liefst vrouwen, of gehandicapten. Of nog beter: gehandicapte vrouwen.”

Vrouwonvriendelijk en incorrect dus.
"Ja, en grof of goor. Al zijn er dan altijd weer mensen die daar problemen mee hebben, die het letterlijk nemen. De artiest moet zich steeds vaker verantwoorden. Dat vind ik eng. Het is een grap mensen, niet echt uit mijn leven gegrepen, al lijkt dat wel zo. Mensen erin luizen is mijn kracht. Komt ook omdat ik tamelijk deprimerend overkom. Levensecht ook. Omdat ik echt weet hoe een depressie eruit ziet.”

Blijft apart; een moppentapper die niet van moppen houdt.
„Het onweerstaanbare van het genre maakt het leuk. En ik heb eindelijk iets gemaakt dat voor een hele grote groep mensen behapbaar is. Het publiek laat zich volledig gaan en breekt de tent af. Prachtig.”

Binnenkort zien we je naast onder meer Theo Maassen in de film Bro’s before Ho’s, uit de New Kids-stal.
"Als je het dan toch over humor hebt… meesterlijk, deze jongens. Ik heb nog nooit zo gelachen om een script, beestachtig goed. Ze hebben beloofd dat ze het volgende script rond mijn persoon gaan schrijven. Hou ik ze graag aan.”

Speellijst: www.bunkertheaterzaken.nl