vrijdag 31 december 2010

dinsdag 21 december 2010

woensdag 15 december 2010

Al Wa'debt: wereldplaat uit Gent













Va Fan Fahre
Al Wa’debt
(Zephyrus/Music & Words)

(bn de stem 14-12)
Exotica hoeft niet van ver te komen. Zie Va Fan Fahre, helemaal uit Gent. De groep rond toptrompettist Bart Maris en toetsenist Michael De Schryver begon als geinig Balkanorkestje, maar ontpopt zich op haar derde plaat Al Wa’debt tot eersteklas wereldorkest. Wat maakt deze plaat, die direct na verschijning doorstoomde naar de top tien van de Europese World Music Charts, zo bijzonder? Allereerst de volstrekt unieke, maar volkomen natuurlijke crossover van Balkan beats, surf, Arabische zang en ritmes, vintage filmmuziek, electro, Ethiopische jazz à la Mulatu Astatke en wat Gents dialect (zie de platentitel ‘al wat je hebt’). Dan de zinderende klasse waarmee deze muziek gebracht wordt; we horen strak pompende koperblazers, vuige surfgitaren, een bezwerend orgeltje en analoge synthesizer, perfect rollende percussie en schitterende sensuele zang (en rap) van de Vlaams/Marokkaanse Aïsha Haskal. Volgend jaar vast op de Nederlandse festivals te zien, ook op de popfestijnen, want Va Fan Fahre ontstijgt met haar avontuurlijke, typisch Vlaamse sound de ‘wereldmuziek’. Op 28 december alvast te aanschouwen in Paradiso.


woensdag 8 december 2010

dinsdag 30 november 2010

Iksperiment: mannen met baarden

Lees Brabants Dagblad 30/11

woensdag 24 november 2010

vrijdag 12 november 2010

woensdag 3 november 2010

Mixed Media Lounge op Amsterdam World

interviews met o.a. Okou, Ojos de Brujo, Va Fan Fahre en Eleftheria Arvanitaki

lees programma hier

zaterdag 23 oktober 2010

HZT: Shakespeare's Strandfeest


lees recensie brabants dagblad 23 oktober

of hier

woensdag 13 oktober 2010

Debuut Dautzenberg: niet voor tere zielen


lees interview Brabants Dagblad 13-10









Enfant terrible der Tilburgse letteren

Anton Dautzenberg brengt bundel vol ontregelende verhalen. In november staat de Tilburgse schrijver op literatuurfestival Crossing Border in Den Haag.

door Dieter van den Bergh

Een waarschuwing vooraf: A.H.J. Dautzenberg is géén ‘voorstander van gezelligheid’. “Ik ben er niet om het mijn lezers gemakkelijk te maken”, vertelt de auteur. In de dertig verhalen, gebundeld in prozadebuut ‘Vogels met zwarte poten kun je niet vreten’, gaat de Tilburger op geheel eigen wijze op zoek naar andere werkelijkheden om het banale, dagelijkse leven te ontstijgen. Het boek, uitgebracht bij de gerenommeerde Uitgeverij Contact, wordt vrijdag in Tilburg gepresenteerd.
Een zakenvrouw die tijdens een vergadering wordt ontvoerd door eskimo’s, de schrijver die plots in een van zijn eigen verhalen stapt, een clubje kompels dat uit het niets opdoemt; het kan zomaar in het mystieke, door schrijvers als Reve, Kafka en Camus geïnspireerde universum van Dautzenberg.
Ingewijden kunnen Anton Dautzenberg (1967), getogen in Heerlen, vanaf zijn 18e woonachtig in Tilburg, kennen als de tegendraadse Troy Titane, zijn inmiddels overleden alter ego, verantwoordelijk voor de absurdistische bundel ‘Op verzoek van Ruud Vreeman’. Toch voelt de schrijver zich niet helemaal thuis in ‘absurdistisch’ Tilburg. “Het absurdisme hier is vooral leuk en lollig. Dat staat me tegen. Net als de gezellige worstenbroodjescultuur. Ik ben aanhanger van het filosofisch absurdisme. Dat schuurt, en gaat over existentiële vragen.”
Dautzenberg maakt zijn naam als enfant terrible van de Tilburgse letteren in zijn verhalenbundel meer dan waar. Hij verwart, en zoekt voortdurend de grenzen op. Het ene moment ontroert hij met tedere verhalen over een avondje bejaardenbingo of over een einzelgänger op Vlieland, het andere moment leef je mee met een meisje van dertien dat met grote gretigheid wordt gestenigd, een hoerenloper die kickt op terminaal zieke prostituees, een zoon die seksuele gevoelens heeft voor zijn vader of een ‘American psycho’ die in de weer is met een bewusteloze vrouw. Gruwelijke verhalen soms, maar vaak bloedstollend mooi opgeschreven. Dan hebben we het nog niet gehad over de lichaamssappen die rijkelijk vloeien en over ‘kletsmajoor’ Bosshardt die met een kruisbeeld wordt ontmaagd.

Moet dan nou, zullen mensen zeggen, bovendien; shockeren is zó passé….
“Ik ben geen provocateur, provoceren is geen doel. Het blijkt dat sommige mensen vinden dat ik grenzen overschrijd. Ik ervaar dat niet zo. Ik wil de lezer een andere bril opzetten. Lichamelijkheid is vaak een goed motief om het thema te duiden. Het verhaal van Majoor Bosshardt is een allegorie op de naïviteit van geloof. Als het om de islam gaat is iedereen hypergevoelig; die mag je niet beledigen. Een katholiek icoon wel? Je kunt het zien als een aanklacht tegen het geloof, maar duiden laat ik graag aan de lezer over.”

Sommige verhalen werden eerder gepubliceerd, zoals Suikerfeest, in het tegendraadse Propria Cures, dat het haar ‘meest vieze gastbijdrage ooit’ noemde. Veelzeggend…
“Ik begrijp daar niks van. Het is een liefdevol verhaal waarin een oudere man seks heeft met een dertienjarig meisje. Vol verwijzingen naar Roman Polanski, maar dat ontgaat velen.”

Een groep die vaker terugkomt in je verhalen zijn ‘de negers’. Een boer begint met zwarte slaven een plantage in de Achterhoek, een jongen krijgt een doos met negers kado.
“'Neger’ is zo’n zwaar beladen term, daar speel ik mee, net als met de Duitse taal. De connotatie vind ik fascinerend, er resoneert zoveel mee. Het verschil tussen zwart en wit en rassen heeft voor zoveel miscommunicatie en tragiek gezorgd. Begrijp me niet verkeerd; ik vind het zeer kwalijk zaak dat een man als Wilders salonfähig is geworden, ongelooflijk dat zo iemand gedoogd wordt.”

Toch zullen sommige mensen aanstoot nemen aan je verhalen.
“Ergens aanstoot aannemen hoeft niet verkeerd te zijn, dat kan reinigend werken. Ik werd gister geïnterviewd door een journaliste van de VPRO-gids, ze was lyrisch, al had ze zich aan sommige verhalen kapot geërgerd. Dat zie ik als een groot compliment. En zij was op haar beurt blij dat ze zich weer ’s een keer geïrriteerd had.”

Boekpresentatie ‘Vogels met zwarte poten kun je niet vreten’ (Uitgeverij Contact, 297 pagina’s, ISBN 9879025435578), vrijdag 15 oktober, 20 uur, boekhandel Livius, Nieuwlandstraat 56, Tilburg, gratis toegang.
Op 20 november staat A.H.J. Dautzenberg op Crossing Border.


dinsdag 12 oktober 2010

Zilver: Rowwen Heze weer op zwarte goud


lees recensie BN De Stem 12-10









Rowwen Hèze - Zilver
(RHAM/Rough Trade)

Vijfentwintig jaar Rowwen Hèze. Het begon eigenlijk allemaal met het geëngageerde carnavalslied ‘Niks stront niks’, een aanklacht van de band uit het kleine America tegen grote broer Horst, die de aandacht trok van Van Gewest tot Gewest. De protestpolka is terug te vinden op het dubbele jubileumalbum ‘Zilver’, naast de vijf andere songs van het titelloze debuut van de Noord-Limburgse dialectband, destijds ook nog Los Limbos genoemd. Hieronder de oerversie van nederpopklassieker ‘De Peel in Brand’ en het mooie, onderschatte ‘De Brug’. Op de andere cd zes nieuwe songs die refereren aan de oude liedjes. ‘America dat stiet’ werd ‘America’ (op een bedje van Balkanblazers!), ‘Wakker vur de wekker’, ook al op een lichte balkanbeat, is een knipoog naar ‘Wakker Wère’ en ‘Mier, steeds mier’ is een remake van ‘Niks stront niks’, waarin zanger/songschrijver Jack Poels terugblikt. Het is de enige song die gemist kan worden op dit aardige tussendoortje. Aardig ook omdat het ook is uitgebracht op vinyl, net als destijds het in beperkte oplage uitgebrachte debuut, inmiddels een waar collector’s item.

Dieter van den Bergh

donderdag 7 oktober 2010

Kees Meerman doet het in eigen magazijn


lees interview in BN De Stem 7 oktober










Lachen, ondanks alle ellende

Een maand lang geeft de Nederlandse cabaretier Kees Meerman drie keer per week een ‘schurende’ onemanshow in Magazijn Kees, zijn eigen ‘kot op Antwerpen Zuid’.


door Dieter van den Bergh

Een paar jaar geleden kocht Kees Meerman een vervallen fabriekje in Antwerpen Zuid. “Een ruïne”, aldus de theatermaker, muzikant en cabaretier. Hij knapte het magazijn op tot ‘spannend huis’, met een woongedeelte en een theaterzaal voor zeventig bezoekers. Vorig jaar september trad de Nederlander er een maand lang op met zijn voorstelling Ontketend. Omdat de mensen maar bleven komen werd er nog een maand aan vast geplakt. Deze maand gaat Ontketend in zijn eigen ‘kot’ nóg een maand in reprise, drie keer per week, op donderdag, vrijdag en zaterdag.
De inspiratie voor de muzikale onemanshow, zijn zevende, haalt Meerman grotendeels uit zijn eigen leven. In een mix van stand-up comedy, dans en live-muziek hangt hij schaamteloos de vuile was buiten. “Het is een vrij heftige, persoonlijke show. Over dat ik lang geen relatie kon krijgen bijvoorbeeld, en over de echtscheiding van mijn ouders.”
Meerman is ook niet vies van actueel engagement, onder meer extreem-rechts moet het ontgelden. Met zijn vorige show In het hol van de leeuw haalde hij de woede van nationalisten op de hals vanwege het affiche, waarop de cabaretier de Vlaamse leeuw van achteren neemt.
“Ik ben geen flauwe grappenmaker”, zegt Meerman. “Ik gebruik humor als glijmiddel, om mijn verhaal verteerbaar te maken. Mijn grappen schuren, doen pijn. ‘Humor ist wenn man trotzdem lacht’, zeggen de Duitsers. Humor is wanneer je ondanks alle ellende lacht.”

Kees Meerman (1972), geboren en getogen in Leiden, deed in Nederland een paar jaar toneelschool en conservatorium. Op zijn 23e vertrok hij voor een rol in een musical van het Koninklijk Ballet Vlaanderen naar Antwerpen. Hij is er niet meer weggeweest. Al viel het hem in het begin soms zwaar om ‘Ollander in Antwerpen’ te zijn. “Antwerpenaren vinden Hollanders niet altijd even leuk. We hebben ons berucht gemaakt met ordinaire vrijgezellenfeesten, met dronken jongeren die tegen de kathedraal pissen.” Maar volgens Meerman zit er ook een stukje kift bij. “De Vlaming voelt zich soms het stiefbroertje van de Nederlander. Wij hebben het beter voor elkaar dan zij, vinden ze, zij zitten bijvoorbeeld met maar een half land.” Meerman heeft er zelf nog nauwelijks last van, al wordt hij ‘pisnijdig’ als hij wordt uitgescholden voor Hollander.
Meerman de Hollander is een van de best bewaarde theatergeheimen van Vlaanderen. Deels door eigen toedoen, jarenlang meed hij de publiciteit. “Ik wilde niks met commercie en al die toestanden te maken hebben, dacht: met mond-tot-mondreclame krijg ik wel de juiste mensen binnen.” Maar omdat ook de huur betaald moest worden, pakt Meerman - die onder meer bijbeunt als vertelstem van peuterserie Bumba - het tegenwoordig anders aan. Al zit een deel van het publiek er nog steeds dankzij mond-tot-mondreclame. Een enorm divers publiek, volgens de cabaretier. “Voor iedereen zit er wel iets in; voor mijn volkse overbuurman én voor de kritische cabaretfan.”
Naast cabaretier is Meerman zanger/muzikant, in sferen à la Tom Waits en Leonard Cohen. Vijf Nederlandstalige cd’s nam hij op. De laatste werd in augustus opgenomen in een tot studio omgebouwd Magazijn Kees, met muzikanten als drummer Joes Brands, contrabassist Dominique Osier (o.a. Guido Belcanto) en percussionist Kobe Proesmans (Gabriel Rios, Zita Swoon). De cd - Wanhoop. Puinhoop. Hoop - had deze week gelanceerd moeten worden, maar de mastering is nog niet afgerond. “Een goede reden om naar de show te komen”, lacht Meerman, “bijna alle liedjes zitten erin.”

Data: 1, 2, 7, 8, 9, 14, 15, 16, 21, 22, 23, 28, 29, 30 en zondag 31 oktober
Locatie: Magazijn Kees, Lange Elzenstraat 39, Antwerpen Zuid. Aanvang: 20.15 uur. Entree: 10 euro (vvk), 12 euro (deur). Reserveren: kern@stad.antwerpen.be, 03 / 821 01 36.
www.keesmeerman.com

vrijdag 1 oktober 2010

Alex Agnew praat


zie UITgids BN De Stem 30-09
of klik hieronder










Alex Agnew lacht met iedereen

Moslims, joden, christenen; niemand wordt gespaard in de shows van Alex Agnew (Antwerpen 1973). De in Vlaanderen razend populaire stand-up comedian treedt begin oktober in West-Brabant op. “Spijtig dat je in Nederland niet meer kunt zeggen wat je wil.”

Dieter van den Bergh

Een aardig wapenfeitje: begin volgend jaar sta je in je eentje drie keer in een uitverkocht Sportpaleis in Antwerpen. Voor 36000 fans…
“Krankzinnig hè. Het begon als een dronken plan op café. Om te vieren dat ik tien jaar op het podium sta, wilde ik iets bijzonders doen. Toen kwam ik op het Sportpaleis, stel je ’s voor… We zouden het lang niet vol krijgen, maar met héél véél reclame zouden we misschien een eind komen. En kijk ’s aan nu... drie keer volle bak. Ik ben de eerste comedian die die gigantische arena bespeelt. Er zullen er meer volgen.”

Want stand-up comedy is, net als in Nederland, hot in Vlaanderen. “Ja, stand-up beleeft de laatste vijf jaar een enorme boom, mede dankzij allerlei tv-programma’s. Voorheen moest je uitleggen wat je deed, nu is stand-up comedy opgenomen in het nationale bewustzijn. De mensen zijn er klaar voor.”

Ook in Nederland, zeker in de grensstreek, sta je voor goed gevulde zalen.
“Ja, dat verbaast me. Kort na 2003, toen ik het Leids Cabaret Festival won, heb ik veel in Nederland gespeeld. Daarna een tijd niet, en nu staan de mensen weer in de rij, al ben ik nog geen Wim Helsen. En ik moet er niet over liegen: het is deels vast een overloop van Belgen. ‘Alles is uitverkocht, dan gaan we wel in Nederland kijken’, denken ze.”

Je begon als pure entertainer, maar werd gaandeweg geëngageerder.
[Lachend] “Ik ben nog steeds geen activist hoor, maar ben me drukker gaan maken om sommige zaken. Bijvoorbeeld over religie. Vooral fundamentalisme, uit welke hoek dan ook. Daarover heb ik echt iets te melden, en dat heeft niets met etniciteit te maken. Ik woon in Antwerpen tussen de Turken, joden en Marokkanen, er is niets mis met die mensen. Het gaat om de fanatieke maniakken, die verkloten het voor iedereen. Dat je in sommige culturen als homo vervolgd kunt worden, of als vrouw gestenigd omdat je hand in hand hebt gelopen met iemand anders dan je eigen man, dat vind ik toch een tikkeltje achterhaald.”

In Nederland durven cabaretiers geen grappen meer over de islam te maken.
“Ja, spijtig dat je niet meer kunt zeggen wat je wil. Cabaretiers denken dat ze daadwerkelijk gevaar lopen. Ik kan daar niet goed over oordelen, de sfeer bij jullie is sinds de moord op Theo van Gogh natuurlijk veranderd. Niemand gaat bij mij vrijuit, ook de moslims niet, maar ik heb daar in Vlaanderen geen grote problemen mee. Je hoeft ook niet per se te beledigen of te kwetsen, de grap moet gewoon zo goed zijn dat ook moslims er zelf om moeten lachen.”

Je zoekt soms bewust de controverse op, zo lijkt het. Patrick Janssens, jullie burgemeester, ‘zuigt de joden in de stad de lul af’, zei je in een show.
“Ik zeg dat niet om te shockeren, ik vind dat echt zo. Ik stoor me eraan dat een bepaalde bevolkingsgroep meer mag dan een andere. Waarom mogen moslims geen hoofddoek dragen en joden wel een keppeltje? Heb je kritiek, dan ben je antisemiet. Hetzelfde met Israël, terwijl dat land buitenproportioneel geweld gebruikt. Alles wat Arabisch is, staat voor terreur, Israëliërs zijn slachtoffers. We hadden laatst een relletje met politicus Karel De Gucht. De invloed van de joodse lobby in de VS is niet te onderschatten zei hij, en ‘zelfs met een gematigde jood is het niet makkelijk om over Israël een rationeel gesprek te voeren’. Hij is aangeklaagd voor antisemitisme. Dat gaat veel te ver, waarom mag je dat niet zeggen?”

Ook de Hollanders krijgen er van langs in je show.
“Ja, jullie meninkjescultuur. Je hoeft de Nederlandse tv maar aan te zetten of jullie zitten te praten en debatteren. De Nederlander heeft overal wel iets over te zeggen, ook al weet hij er niets van.”

Moet je concessies doen in Nederland? Grappen over joden liggen ook hier gevoelig.
“Grappen over bepaalde religieuze bevolkingsgroepen, daar verander ik niets aan. Ik heb het lak aan politieke correctheid. Als het wat moeilijker gaat, dan gaat het maar wat moeilijker, ik blijf graag eerlijk tegenover mezelf.”

More Human than Human, Alex Agnew, 1 en 2 oktober (2 oktober uitverkocht), De Kring (uitverkocht), 6 oktober Chassé Breda, 8 oktober Kalmthout, 15 oktober Terneuzen.
www.alexagnew.be

maandag 20 september 2010

Incubate als culturele grabbelton


zie verslag Brabants Dagblad

maandag 13 september 2010

Gratis tatoeage op Incubate festival

lees verder hier

Verslag But Film Festival


Lees BN De Stem 13 september










Knullige horror en lachwekkende superhelden

BUT verhuisde naar hartje stad. Het ‘foute’ filmfestival trok zo’n vijfduizend freaks.

Dieter van den Bergh

Bloederige taferelen in de St. Jansstraat vrijdagnacht. In theatercafé Boulevard beschilderde een fetishperformer haar lijf met vers getapt bloed. De bezoeker van het BUT-festival is wat gewend, maar dit was wel érg kinky.
Het festival voor ‘B-films, underground en trash’, dat gisteravond werd afgesloten, verhuisde voor de vijfde editie van de duistere krochten van Electron in Belcrum naar de Boulevard en de Nieuwe Veste in hartje stad. Met als episch centrum de St. Jansstraat. Een hecht, internationaal clubje van filmfreaks en -makers kwam er vijf dagen lang samen.
Naast film waren er performances met poëzie, muziek en theater, zombiemeisjes paradeerden door het centrum, er was een bokswedstrijd met woorden en voor de deuren van de Antoniuskathedraal hield God een meet & greet.
Het publiek kon kiezen uit meer dan honderd ‘butfilms’; films waarin je nooit krijgt wat je verwacht. En eigenlijk ook weer wel, want ze voldoen nooit aan het geijkte verwachtingspatroon, doen niet aan happy ends, en in de hoofdrol schitteren vaak monsters, aliens of superhelden. Neem ‘soeperhiero’ Captain Berlin in de low budget slapsticktrash van de Duitse cultlegende en hoofdgast Jörg ‘what’s in a name’ Buttgereit. Of het Portugese filmpje Papa Wrestling, waarin een supervader wraak neemt op gastjes die zoonlief pesten. Worstelpapa neemt zijn taak zo gruwelijk serieus dat het weer grappig wordt. Horror op BUT, da’s vaak lachen in plaats van griezelen. Lachen om expres knullige films. Hoe cheaper de special effects, hoe beter. Ook het Nederlandse slasherprobeersel The Dark Strain kreeg de zaal plat, al had de maker het vast niet zo bedoeld. Maar onbedoelde knulligheid is nóg meer lachen.
Met trots presenteerde BUT L.A. Zombie, eerder geweigerd op een Australisch filmfestival. Een curieuze ‘homo-erotische’ film waarin een zombie dode mannen penetreert. “Het is goed dat zo’n film in Nederland kan”, vindt festivalorganisator Dorien Eggink. BUT zoekt graag de grenzen op, al is het niet om taboes te doorbreken. “Seks om de seks, geweld om het geweld is oninteressant, het gaat om de artististieke waarde.” Zoals het werk van de veelbesproken ‘vaginakunstenares’ Hester Scheurwater, aan wie een programma werd gewijd.
BUT in klinische bibliotheekzalen, het is wennen. “Ook voor ons”, zegt Eggink. “Het voelt bijna alsof we opnieuw beginnen. Maar dit is de enige manier om verder te groeien. We hebben betere zalen, zijn zichtbaarder en laagdrempeliger.” Want ook de ‘gewone’ Bredanaar is welkom, benadrukt Eggink. “Veel mensen denken; ‘BUT, dat zijn rare films’, maar een groot deel is heel toegankelijk.” De verhuizing pakte goed uit, het festival trok met zo’n vijfduizend bezoekers aanzienlijk meer publiek dan voorgaande edities.
Maar sommige BUT-bezoekers mistten toch Electron; de oude fabriekshal zou beter bij de sfeer passen. Zo niet Chris uit Bristol. Al vier jaar bezoekt de Britse twintiger het Bredase festival vanwege het ‘geweldig brede programma’. “Deze lokatie is veel beter, je kunt na de film meteen de kroeg in.”

Zie voor een video-impressie www.butff.org

zondag 5 september 2010

Geld Rolt: jongeren & schulden

lees interviews Katholiek Nieuwsblad

vrijdag 3 september 2010

donderdag 2 september 2010

Frank Focketyn over Brief aan mijn Rechter


lees Boulevard Festival Magazine










Moorden uit liefde

De Vlaamse tv-ster Frank Focketyn brengt een duister verhaal van Georges Simenon. Zijn eerste monoloog en laatste verbond met regisseur Johan Simons.

door Dieter van den Bergh

De arts Charles Alavoine wordt veroordeeld voor de moord op zijn minnares, maar niet met voorbedachten rade. In een brief probeert hij de rechter ervan te overtuigen dat hij tijdens de moord wél toerekeningsvatbaar was, en handelde uit liefde. “Ik sta mijlenver af van zijn daad en motief”, zegt Frank Focketyn die Alavoine speelt in de monoloog ‘Brief aan mijn rechter’ van NTGent. “Maar ik ben ongelooflijk blij dat ik dit werk heb leren kennen.”
Net als velen kende Focketyn de Waalse schrijver Georges Simenon (1903-1989) vooral van de detectivereeks rond inspecteur Maigret, waar er wereldwijd zo’n half miljard van over de toonbank gingen. ‘Brief aan mijn rechter’ (1947) is een van Simenons zogenaamde ‘romas durs’, waarin de hoofdpersoon door het stellen van een radicale daad breekt met de maatschappelijke conformiteiten. Hoewel hij een geestverwant was van filosoof/schrijver Albert Camus en Dostojevski en Tolstoj tot zijn inspiratiebronnen rekenden, heeft Simenon nooit volledige erkenning gekregen. Onterecht, denkt Focketyn. “‘Brief aan mijn rechter’ ontroert én choqueert en is een zintuiglijk en existentialistisch meesterwerk. Het is onwaarschijnlijk openhartig voor die tijd. Je voelt de late jaren veertig en leert die jaren begrijpen. Centraal staat het verlangen van de mens om begrepen te worden, een schoon gegeven.”
Het grote publiek kent Focketyn van humoristische Vlaamse series als ‘In de gloria’ en ‘Het eiland’ en als melig jurylid in de succesquiz ‘De slimste mens ter wereld’. Heel andere koek dan het duistere, zwartgallige ‘Brief aan mijn rechter’. Toch is Focketyn ook al jaren als ‘serieus’ acteur verbonden aan NTGent. “De Focketyn die mensen kennen van het schermpje is een fractie van de persoon die ik ben. Die tv-bekendheid helpt trouwens wel om mensen naar het theater te lokken, al zien ze daar een heel andere Focketyn.”
Voor het eerst in zijn carrière staat de Vlaamse acteur alleen op de bühne. “Ik had zin om eens iets groots aan te pakken, de confrontatie aan te gaan. Ik word binnenkort vijftig en het was de laatste kans om iets te doen met regisseur Johan Simons, die na dit seizoen vertrekt. Hét moment dus om de koe bij de hoorns te vatten.”
De monoloog boezemde hem aanvankelijk enige angst in, vertelt Focketyn, die voor zijn solorol al juichende kritieken kreeg in eigen land. “Het is erg confronterend. Je hebt niets om op terug te vallen, behalve jezelf en het publiek. Maar ik ben een fascinerende ervaring rijker, het is een ware openbaring.”

‘Brief aan mijn rechter’, NTGent

woensdag 1 september 2010

Hotel, de band


BN de Stem, 31 augustus

HOTEL - The Island Sessions
(Coast to Coast)

Een onmogelijke naam voor een band, want nauwelijks te googelen. Maar de Amsterdamse mestizo-act HOTEL doet haar naam eer aan: de band herbergt negen verschillende nationaliteiten, het is er één grote Babylonische spraakverwarring. 'Ik wil wel met je praten, maar ik kan je niet verstaan'; het zijn de enige flarden Nederlands te midden van het Spaans, Frans, Kroatisch, Koerdisch, wat al niet meer. Maar de universele taal van goede salsa, mariachi, balkan beat, cumbia en smartlap, die verstaan we allemaal. Op papier misschien één groot cliché, maar ondanks de kitsch en meligheid verrassend strak en overtuigend op het podium. En op plaat, zo bewijst The Island Sessions, 'live' opgenomen op het Vuurtoreneiland in het IJmeer. HOTEL, rond Arjan Amin (ook bekend van Beukorkest), maakt uitbundige, pretentieloze 'wereldmuziek'. Ongekunsteld, on-Nederlands goed. Voor de googelers, klik hier: www.thebandhotel.com.

vrijdag 30 juli 2010

35 jaar Sfinks Festival Boechout



Het Werchter van de wereldmuziek

(BN De Stem 27 juli)
Sfinks, het toonaangevende wereldmuziekfestival van België, viert dit weekend in Boechout (bij Antwerpen) haar 35-jarige bestaan met wereldsterren als Buena Vista Social Club, Goran Bregovic en Youssou N'Dour. Organisator Patrick De Groote verwacht 30 tot 45 duizend bezoekers.

Dieter van den Bergh

De trouwe Sfinksbezoeker staat het vorige, legendarische jubileum in 2000 nog in het geheugen gegrift. Na dagen van overvloedige regenval stonden de pakweg 40.000 festivalbezoekers tot diep aan de enkels in de modder. Het mocht de pret niet drukken, de sfeer werd er alleen maar beter op, met als climax het memorabele concert van Goran Bregovic. De Bosnisch-Servische zanger/gitarist, gevierd filmcomponist en pionier van de 'balkan beat', is dit jaar weer van de partij met zijn Wedding & Funeral Orchestra. 'Onweerstaanbare Balkanmuziek' volgens Sfinks-organisator Patrick De Groote, en een gegarandeerd hoogtepunt op openingsdag vrijdag. Bregovic wordt opgewarmd door het lokale 'gipsybeatkollectief' Tsiganisation Project en de Antwerpse festivallieveling Merdan Taplak Orkestar, dat bekende pop en dance mixt met Balkanhits, zoals onlangs nog met groot succes op het Tilburgse Festival Mundial.

Bekende acts op zaterdag zijn de Engels/Indiase Najma Akhtar (bekend van haar samenwerking met Plant en Page), begeleidt door de Amerikaanse gitarist Gary Lucas (rechterhand van Captain Beefheart en Jeff Buckley), de Colombiaanse zangeres Totó La Momposina en de Senegalese superster Youssou N'Dour en zijn Super Etoile de Dakar. Op zondag komt (het enige echte) Cubaanse Orquesta Buena Vista Social Club, met zangeres Omara Portuondo, en Bart Peeters. Bart Peeters? Ja, de in Boechout opgegroeide artiest sluit het festival af met een exclusief concert, samen met percussionist Abdellah 'Marrakchi' Bhaija (Think of One) danseres Saidjah Gallo en de Baskische flamenco-tweeling Ttukunak.

Er staan dit jaar opvallend veel bekende namen op Sfinks, dat door het grote aantal jonge bezoekers door kan gaan als het 'popfestival van de wereldmuziek'. De Groote: "Sfinks is vooral een festival dat onbekende artiesten wil introduceren. Bekende namen komen er af en toe als we verjaardagen vieren, zoals nu en zoals bij ons 25-jarig bestaan in 2000. Youssou N'Dour stond 25 jaar geleden al op Sfinks, toen een onbekende, maar fantastische Senegalese zanger. Zijn concert nu vertelt ook een beetje dat verhaal, van onbekende artiesten die fantastische muziek maken, en achteraf sterren worden."

De onbekendere parels die we dit jaar niet mogen missen, volgens De Groote: "De jonge Braziliaanse Céu, de Astrud Gilberto van de 21e eeuw, Malajé, een fijne combinatie van flamenco en hedendaags circus, Dong-Ho Choi, een Koreaanse sjamaangrootmeester die een authentiek drie dagen durend sjamanistisch ritueel voltrekt, en Ttukunak, een Baskische tweeling die txalaparta speelt, een traditioneel percussie-instrument dat in dialoog bespeeld moet worden."

Sfinks heet tegenwoordig officieel Sfinks Mixed, en werkt sinds kort samen met Esperanzah!, het Waalse broertje op de abdij van Floreffe (bij Namen), een week later. "Heel wat mensen zagen ons als concurrenten”, zegt De Groote, "en dat verbaasde ons. Net dat heeft aanleiding gegeven tot onze samenwerking. Het is geen fusie, geen take-over zoals je dat de laatste tijd wel meer hoort, maar twee festivals met gelijke ideeën die het fijn vinden om samen te werken en uit te wisselen."
Wat beide festivals bindt naast muziek, is engagement en duurzaamheid. De Groote: "Het milieu staat centraal in de wijze waarop het festival vorm krijgt. We drukken op milieuvriendelijk papier, afval wordt backstage gerecycled. Al het water wordt afgevoerd naar de riool via een zelf-gemonteerd rioleringssysteem. De horeca maakt gebruik van seizoensprodukten, zoveel mogelijk van lokale voedselleveranciers. Openbaar vervoer en vervoer per fiets worden aangemoedigd, en er is natuurlijk een gratis bewaakte fietsenparking."

FEITEN
Sfinks Festival, vrijdag 30 juli, zaterdag 31 juli en zondag 1 augustus, Molenveld Boechout (bij Antwerpen). Met o.a. Goran Bregovic, Youssou N'Dour, Orquesta Buena Vista Social Club, Najma Akhtar & Gary Lucas, Addictive TV, Maga Bo, Canteca de Macao,Terrakota, Ceu, Aimelia Lias. Tickets vanaf 16 euro per dag (vvk), combi-ticket vanaf 50 euro (vvk).
Zie www.sfinks.be
Esperanzah! Festival 6,7 en 8 augustus, Floreffe (bij Namen), met o.a. Goran Bregovic, La-33, Staff Benda Billili, Ojos de Brujo, Bauchklang, The Ex & Getachew Mekuria, Le Peuple de l'Herbe.
Zie www.esperanzah.be

donderdag 8 juli 2010

Bioscooppremiere Latcho Drom


recensie in BN De Stem vandaag






Kleurrijk zigeunerepos

Klassieke muziekfilm ‘Latcho Drom’ van ‘zigeunerregisseur’ Tony Gatlif beleeft alsnog première op het witte doek. Muzikaal en visueel spektakel wint het van de romantiek.

door Dieter van den Bergh

Clejani, een stoffig zigeunerdorp op de prairie van Roemeens Wallachië, twaalf jaar geleden. Tussen de kalkoenen op de binnenplaats van zijn azuurblauwe lemen huisje lacht Dumitru Baicu (69), alias ‘Cacurica’, zijn bijna tandeloze gebit bloot. Met overslaande oriëntaalse stem brengt de zanger/cimbalist van dorpsorkest Taraf de Haïdouks een sensueel liefdeslied. Speciaal voor zijn Hollandse gasten. Dan is het tijd voor drank; zelfgestookte pruimenwijn met een alcoholpercentage van zo’n tachtig procent. Muziek mag dan levensbehoefte nummer één zijn, drank is twee, want het versterkt de innerlijke krachten. Cacurica toost; “Proost. Op Jezus.” “En op de tziganes”, voegt hij er na z’n eerste slok aan toe. “Dat het ooit goed zal komen.”
Het armoedige Clejani is een belangrijke etappeplaats in ‘Latcho Drom’, ‘goede reis’. De muzikale documentaire van de Frans/Algerijnse regisseur Tony Gatlif, zelf half Roma, vertelt zonder dialogen het verhaal van de zigeunerdiaspora. De reis begint extatisch met wervelende dans en muziek in de woestijn van Rajasthan, volgens de overlevering duizend jaar geleden bakermat van de Roma-cultuur. Via een Egyptische kashba worden de Roma opgejaagd naar de getto’s van Istanbul, naar Roemenië, Hongarije, Slowakije, Frankrijk en eindbestemming Spanje. Overal wordt gemusiceerd, rauw en virtuoos. In Roemenië brengen de Haïdouks een satirische ballade over dictator Ceausescu en wervelende sirba’s op beelden van galopperende paarden, in Slowakije klinkt klaagzang over Auschwitz, in Frankrijk Sinti-jazz van gitaarvirtuoos Tchavolo Schmitt, in Andalusië flamenco van La Caita,
‘Latcho Drom’ werd opgenomen in 1993, en won in Cannes de Un Certain Regard-award. Maar in 1994 werd beslag gelegd op de filmnegatieven. Het bedrijf dat de film produceerde werd onder curatele gesteld en de filmrechten verdwenen in de inboedel. Na lange procedures kwamen onlangs de rechten weer vrij, waardoor de film nu pas in de bioscoop te zien is.
Ondertussen groeiden de latere gipsyfilms van Gatlif, ‘Gadjo Dilo’, ‘Vengo’, ‘Swing’, ‘Exils’ en ‘Transylvania’, uit tot arthousekrakers. Uitbundige films over het harde zigeunerleven, waarin soms schaamteloos alle clichés over de ‘levenslustige’ Roma en Sinti uit de kast worden getrokken: ze spelen allemaal fantastisch viool, dansen woest en losbandig, leven het leven zoals we het allemaal wel zouden willen leven, ook al worden zij overal gehaat en weggebonjourd.
Maar in tegenstelling tot bijvoorbeeld het bijna parodische ‘Transylvania’ stoort dit exotisme in ‘Latcho Drom’ veel minder. De schitterende muziek, de licht geregisseerde korte verhaaltjes, de fraaie beelden van woeste landschappen en grauwe getto’s, winnen het van de romantiek. De film boeit muzikaal en visueel van begin tot eind.
In Clejani is er ondertussen weinig veranderd, al groeide dorpsorkest Taraf de Haïdouks uit tot wereldact. De wegen zijn nog onverhard, de lemen (krot)huisjes staan er nog, vervoer gaat nog steeds per paard en wagen. Net als in de film. Alleen Cacurica is niet meer, hij overleed drie jaar geleden.

‘Latcho Drom’, Tony Gatlif, 103 minuten, première Chassé Cinema 8 juli