donderdag 1 november 2007

interview Herman Brusselmans




















‘Schaterlachen om een boek zit er niet meer in’

1 maart 2007 -Bestseller en enfant terrible der Vlaamse Letteren Herman Brusselmans over humor, thema van de Boekenweek.

door Dieter van den Bergh

Humor is het thema van de Boekenweek, motto: Lof der zotheid. Als er iemand beroemd én berucht is om zijn zotte humor is het de Vlaamse veelschrijver Herman Brusselmans (1957). Vrijdag 9 maart is de Gentenaar te gast in Theater aan de Parade in Den Bosch, 15 maart op de Universiteit van Tilburg.

Meneer Brusselmans, bekend met Lof der Zotheid?
“Excuseer, ik deponeer even de uitfrutselen van mijn hond in de toilet. …Ah ja, Erasmus. Heb dat dertig jaar terug gelezen tijdens mijn studie Nederlands. Vraag me nu niet wat er in staat.”

Erasmus gebruikte humor als instrument om het menselijke onvermogen bloot te leggen.
“Ah ja, ik deed dat ook. Lachen met het menselijk bedrijf, het banale van alles, parodiëren van gesprekken. Maar in mijn laatste boeken is het vooral humor om de humor.”

Is humor leuk als het alleen maar om te lachen is?
“Humor om mee te lachen, zonder ander doel, is steeds meer mijn favoriete soort humor. Geef mij maar de onnozele Herman Finkers, in plaats van de ernstige Freek. Natuurlijk is mijn werk in zekere zin maatschappijkritisch, maar ik ga me niet verschuilen achter stellingen.”

Veel critici vinden uw werk niet ernstig genoeg en zien er ook de humor niet van in.
“Ik lig daar niet meer wakker van. Veel mensen hebben geen gevoel voor humor, kunnen een goede grap niet van een slechte onderscheiden. Toevallig lopen die bijna allemaal rond in literaire milieus. ‘Brusselmans verheft onze maatschappij niet’, zeggen ze. Moet dat dan?”

U wordt verguisd en verafgood om uw cynisme. Is cynisme geen gemakszuchtige uitvlucht?
“Goed cynisme is juist heel moeilijk. Je moet dat genre beheersen. De kunstenaar hoeft geen verantwoordelijkheid te nemen. Hij kan de wereld, die voor negentig procent uit dommeriken bestaat, niet redden. Mijn enige verantwoordelijkheid is iets creëren met taal dat niet eerder gecreëerd is. Dat lukt aardig.”

Is humor een vorm van verlossing van de harde werkelijkheid?
“Welnee. Zwarte humor zit vanaf mijn geboorte in mijn genen. Het is een gave om die literair aan te wenden. Nu humor in is dankzij de Boekenweek gaan van huis uit niet-humoristische auteurs plotseling ‘humoristisch’ schrijven. Dat moet je niet doen.”

Is er veel goede humor in de literatuur?
“Enorm weinig. Ik heb het vak geleerd van mijn grootvader, van Jan Cremer, Reve, Salinger, Woody Allen, Kästner, Campert, Heller. Die hadden het lef de humor die ze in zich hadden op te schrijven. Schaterlachen met literatuur zit er niet meer in. Okay, Giphart was grappig en laatst heb ik ingetogen gelachen bij ‘Superchick gezocht’ van Stephen J. Martin. Maar aan mensen als Grunberg of Dimitri Verhulst gaan geen grote komische talenten verloren.”

Zijn er grenzen aan humor?
“Maatschappelijk gezien klaarblijkelijk wel. Ik heb een stompzinnig proces gevoerd met [modeontwerpster] Ann Demeulemeester omdat ze op een geestige manier werd opgevoerd in ‘Uitgeverij Guggenheimer’. Ben nu voorzichtiger met Bekende Vlamingen. De grenzen worden opgelegd door mensen zonder humor, zie de cartoonrellen. Het is een kwestie van kiesheid. Een goede grap over de holocaust en kanker is niet moeilijk, maar vertel die niet tegen een jood met kanker wiens vader Auschwitz niet heeft overleefd.”

U noemde zich De Mooie Jonge Oppergod der Vlaamse Letteren. Bent u niet veeleer de Gemankeerde Zot?
“Noem me voortaan de Gemankeerde Zot der Vlaamse Letteren en ik zal het koesteren als een eretitel. Er is niets tegen zot zijn, zolang het goed is wat je doet.”

In de winkel liggen drie nieuwe ‘Brusselmans’: Muggepuut, Team der Wezen en een citatenboek. In de bioscoop draait de verfilming van Ex-drummer. Is dit niet van den zotte?
“Simenon bracht vier boeken per jaar uit, dertig jaar lang. Fans hadden niet te klagen. Wat ben je voor een flutschrijver als je eens per drie jaar een boekje uitbrengt? Schrijven is mijn vak, 24 uur per dag, dus gedraag ik me daar na.”

Geen opmerkingen: